Nieuwseditie januari 2017

11-01-2017

‘Met vertrouwen naar de toekomst’

Het NVKVV neemt afscheid van en verwelkomt bestuursleden

Op de Algemene Vergadering van zaterdag 22 oktober heeft het NVKVV afscheid genomen van enkele bestuursleden. Tegelijk heette de beroepsorganisatie enkele nieuwe krachten welkom in de Raad van Bestuur. We zetten alles op een rijtje en hadden een gesprek met afscheidnemend bestuurslid Lia Huysmans en nieuwkomer Jan Ampe.

Lia Huysmans is voor veel NVKVV-leden geen onbekende. Als studente verpleegkunde maakte ze in de jaren zeventig van de vorige eeuw deel uit van de jeugdraad van het NVKVV, die vandaag niet meer bestaat. Eind jaren tachtig trad ze toe tot de werkgroep hoofdverpleegkundigen, waarmee haar carrière binnen het NVKVV van start ging. ‘Mijn bestuursactiviteiten stopzetten, was een moeilijke beslissing’, vertelt Lia. ‘Maar om gezondheidsredenen zet ik een stap terug. Gehoorproblemen zijn de beslissende factor. De dokter heeft me aangeraden om voldoende rust te nemen en met deze keuze hoop ik mijn job te kunnen blijven doen, wat heel belangrijk voor me is.’ Lia is coördinator geriatrie in de GZA Ziekenhuizen in Antwerpen.

Uiteraard blijft Lia lid van het NVKVV. Ze blijft ook actief binnen de werking van de regionale netwerken. ‘Die zijn voor het NVKVV de basis van alles’, zegt ze. ‘Daar houden we de vinger aan de pols en krijgt ons beleid concreet vorm. Laat ons ook niet vergeten dat onze netwerken bestaan dankzij de inzet van vrijwilligers. Ik ben trots dat ik deel heb kunnen uitmaken van een geëngageerd en dynamisch team.’

Trots is Lia ook op het feit dat ze in 2006, als lid van de werkgroep hoofdverpleegkundigen, mee aan de wieg stond van het huidige koninklijk besluit (KB) rond hoofdverpleegkundigen. ‘Ik zat in de toenmalige Federale Raad voor Verpleegkunde’, blikt ze terug. ‘Mede dankzij onze inzet kreeg het KB een nieuwe invulling. Een hoofdverpleegkundige moest niet langer alleen de beste verpleegkundige zijn, maar ook kunnen managen. Dat we die richtlijn op papier hebben gekregen, is een serieuze verdienste. Vandaag geldt ze nog steeds als blauwdruk voor onderhandelingen.’

Model van een bloem

In al die jaren heeft Lia het verpleegkundig beroep en het NVKVV zien professionaliseren. ‘Vroeger was de werking van het NVKVV veel vrijblijvender’, vertelt ze. ‘We werken vandaag in een betere structuur en de respons van zowel leden als andere organisaties als de overheid is stukken groter. Een werkpunt blijft wel dat we ook verpleegkundigen ‘aan bed’ moeten meekrijgen in ons verhaal. De werkgroepen, de regionale netwerken en de Raad van Bestuur, bestaan zowel uit leidinggevenden als uit verpleegkundigen ‘aan bed’. We hopen dat  meer verpleegkundigen uit het werkveld willen participeren.’ Lia wil dat doel bereiken door mond-aan-mondreclame en door initiatieven zoals de Week van de Verpleegkunde.

Een ander dossier dat Lia op de voet blijft volgen, is dat van de hervorming van het KB nr. 78 over de gezondheidszorgberoepen en dat van de verpleegkundige opleidingen. ‘We streven naar een kwaliteitsvolle zorg voor onze patiënten en daarin moeten alle verpleegkundigen een plaats krijgen. Het model van de bloem van Maggie, waarin elk gezondheidszorgberoep, voorgesteld in een bloemblaadje, zijn specifieke plek heeft, is daarvoor een goed uitgangspunt. Alleen mogen we niet vergeten dat verpleegkundigen zeer breed tewerkgesteld zijn en in meerdere bloemblaadjes een plaats hebben. Maar ik kijk met vertrouwen naar de toekomst.’

Bruggen bouwen

De toekomst positief tegemoetzien. Dat is ook de boodschap die Lia het NVKVV bij haar vertrek wil meegeven. ‘We zijn de oudste en breedste verpleegkundige beroepsorganisatie van Vlaanderen en zijn altijd up-to-date’, zegt ze. Opvallend: als het over het NVKVV gaat, blijft Lia woorden als “wij” en “ons” gebruiken. ‘Samen met de andere beroepsorganisaties en de Algemene Unie van Verpleegkundigen van België (AUVB), waarvoor ik een tijd gemandateerd was binnen de Nederlandstalige Kamer, moeten we de krachten blijven bundelen. Omdat het landschap van verpleegkundige beroepsorganisaties zeer versnipperd is, verloopt het bekomen van een consensus soms moeilijker. Maar tenslotte zijn onze doelen dezelfde. Is het water soms diep? Geen probleem, daarom bestaan bruggen.’

Tot slot: welke raad geeft Lia het NVKVV mee voor de toekomst? ‘Hou de ontwikkelingen rond de opleidingen goed in de gaten en behoud je positie binnen het zorglandschap’, luidt het. ‘Alleen als we voldoende leden hebben, kunnen we ons beleid en onze ideeën afstemmen op het werkveld. Dat is de belangrijkste opdracht van een beroepsorganisatie. Het NVKVV is een vereniging van, voor en door verpleegkundigen, zonder onderscheid tussen HBO5 verpleegkundigen en bachelor verpleegkundigen.’

Ouderenzorg op de agenda

Tegelijk heet het NVKVV de 48-jarige Jan Ampe van harte welkom in de Raad van Bestuur. Hij brengt heel wat ervaring mee: Jan is lid van de werkgroep ouderenzorg van het NVKVV, en directeur van de Seniorenresidentie in Keerbergen (Senior Living Group). Daarvoor was hij verpleegkundig manager van de zone inwendige geneeskunde in het UZ Leuven.

‘Het hoeft wellicht niet te verbazen dat ouderenzorg een van mijn stokpaardjes wordt binnen mijn nieuwe opdracht’, steekt Jan van wal. ‘Vanuit mijn ervaring in de werkgroep ouderenzorg wil ik het thema op de verpleegkundige agenda en die van het onderwijs zetten. Tegelijk wil ik blijven inzetten op de continuïteit van de zorg, met name tussen de eerstelijnszorg, het ziekenhuis en het woonzorgcentrum. Ook toen ik nog in het Leuvense UZ werkte, wilde ik de connectie tussen de verpleegkundige zorg, de ouderen- en bejaardenzorg en de thuiszorg zo optimaal mogelijk krijgen.’

Coördinator van zorg

Jan wil die doelstelling onder meer realiseren door te focussen op de verpleegkundige opleiding: ‘De hervorming van het curriculum is een kans om meer in te zetten op ouderenzorg’, legt hij uit. ‘Voor sommige verpleegkundigen is ouderenzorg vandaag niet aantrekkelijk genoeg. Dat moet veranderen, want in onze woonzorgcentra hebben we, naast de zorgkundigen, nood aan goed opgeleide verpleegkundigen. Ik wil het debat openen om alle verpleegkundigen te scholen tot “ambassadeurs” van hun patiënt of bewoner.’

‘Vooral bij verpleegkundigen van mijn generatie merk ik dat ze soms iets minder sterk zijn in de organisatie van de zorg vanuit een brede context’, vervolgt Jan. ‘Ze zijn ijzersterk in het verlenen van zorg, maar missen soms het grotere plaatje. Ik denk dat een verpleegkundige in de ouderenzorg samen met andere zorgverleners moet fungeren als een “coördinator van zorg”, die aangeeft wie welk soort zorg op welk moment moet verlenen. Een goede communicatie met de zorgvrager is daarbij essentieel. Een deel van de verklaring waarom ouderenzorg een beetje stiefmoederlijk wordt behandeld, is volgens mij dat het voor sommigen moeilijk is om die communicatie aan te gaan. Nochtans kan je zo bepalen wat de specifieke wensen en noden van een senior zijn.’

Grote toekomstige uitdagingen

Tegelijk beklemtoont Jan dat de kwaliteit van de ouderenzorg vandaag al zeer hoog is. ‘Daarover mogen zeker geen misverstanden bestaan’, zegt hij. ‘Maar feit is wel dat de berichtgeving rond het thema soms heel negatief is. Ouderenzorg blijft een zeer moeilijk onderwerp, onder meer doordat het spectrum tussen “gezond” en “chronisch ziek” heel breed is. Daardoor zijn heel wat verschillende actoren bij ouderenzorg betrokken en is de zorgkennis verspreid: bij de eerstelijnszorg, de ziekenhuizen, de woonzorgcentra … Verpleegkundigen kunnen helpen bij een algemene benadering van de patiënt en de zorg mee stroomlijnen. Net als in de werkgroep Ouderenzorg, waarvan ik lid blijf, wil ik blijven werken aan nieuwe samenwerkingsverbanden, bijvoorbeeld tussen de ziekenhuizen en de woonzorgcentra.’

Ten slotte ziet Jan grote toekomstige uitdagingen voor het NVKVV. ‘Door de hervorming van de verpleegkundige opleiding en het KB nr. 78 ligt heel wat werk op de plank’, besluit hij. ‘Tegelijk blijft het verpleegkundige beroep professionaliseren. We moeten ons voortdurend bezinnen over de rol die we spelen naast de andere zorgberoepen.’

De wijzigingen in de Raad van Bestuur van het NVKVV

Het NVKVV neemt – met oprechte dank! – afscheid van:

  • Lia Huysmans nam na een decennialang engagement als bestuurslid, als lid van diverse werkgroepen en als gemandateerde in enkele overkoepelende overheidsorganen, ontslag omwille van gehoorproblemen.
  • Cecile Dewaele is kinderverpleegkundige en referentieverpleegkundige palliatieve zorgen, medicatiebeleid en huilbaby’s in het AZ Nikolaas in Sint-Niklaas en juridisch expert kinderverpleegkunde en gaat met pensioen. Ze was jarenlang voorzitter van het regionaal netwerk Waasland en lid van Ciciams.
  • Annick Bienstman is hoofdverpleegkundige geriatrie 2 en verpleegkundig verantwoordelijke van het geriatrisch zorgprogramma in het H. Hartziekenhuis in Mol en kiest voor een bijkomende masteropleiding, Master in Management, Zorg en Beleid in de Gerontologie aan de VUB. Ze was actief in de werkgroep hoofdverpleegkundigen.

Het NVKVV verwelkomt:

  • Jan Ampe. is lid van de werkgroep ouderenzorg van het NVKVV en directeur in Senior Living Group.
  • Kristel Marquet, diensthoofd kwaliteit en patiëntveiligheid in het Jessa Ziekenhuis in Hasselt.
  • Patricia Claessens, opleidingsdirecteur Verpleegkunde aan de Arteveldehogeschool in Gent, bestuurder van het AZ Nikolaas in Sint-Niklaas en bestuurder van WZC Ter Kimme in Sint-Lievens-Houtem.
  • Kurt Surmont, verpleegkundig paramedisch directeur in het ZOL in Genk en lid van de juridische adviesgroep van het NVKVV.
  • Liesbet Van Bos, psychiatrisch verpleegkundige, hulpverlener in het CAW, docent en lid van de werkgroep geestelijke gezondheidszorg van het NVKVV.

www.nvkvv.be > Wie is wie? > Raad van Bestuur

Author: Ruben De Clercq