Nieuwseditie november 2017

11-11-2017

‘Aansprakelijkheid is een grote bezorgdheid’

Mag ik deze handeling stellen? En ben ik aansprakelijk als het misloopt? Het is een bekommernis die menig verpleegkundige bezighoudt en waar je behoorlijk van kunt wakker liggen. De Juridische Adviesgroep van NVKVV biedt antwoorden op deze en andere heikele vragen.

Je zal het maar voorhebben dat je tijdens een nachtdienst een arts opbelt om te vragen of je een patiënt een bepaalde medicatie mag toedienen en dat dit fatale complicaties veroorzaakt. Een nachtmerrie voor elke verpleegkundige en een situatie waarvoor je je maar best tijdig kunt indekken. Maar hoe? Geert Watteyn is adviserend verpleegkundige bij de Landsbond van de Neutrale Ziekenfondsen. Hij volgde bij het NVKVV een opleiding tot juridisch expert in de verpleegkunde, is gerechtsdeskundige en zetelt al tien jaar in de Juridische Adviesgroep (JAG) van het NVKVV.  Leden van het NVKVV kunnen er terecht voor advies. Een eerste consult is gratis.

Met welk soort vragen kunnen mensen bij de JAG terecht?

Geert Watteyn: Sommige vragen zijn eerder praktisch van aard, bijvoorbeeld hoe je een erkenning aanvraagt voor een beroepstitel. Een medewerker van het NVKVV zal je daarover informatie bezorgen. Indien iemand een puur juridische vraag heeft die te maken heeft met een wettekst, antwoordt een advocaat met wie we samenwerken. Alle andere vragen gaan naar de Juridische Adviesgroep die maandelijks samenkomt. Veel vragen hebben te maken met  ‘mogen we dit doen?’ en met aansprakelijkheid. Vaak is er een link tussen beide, want als je als verpleegkundige niet zeker bent of je een bepaalde handeling mag stellen, dan rijst al snel de vraag of je verantwoordelijk gesteld zult worden als er  iets misloopt. Mag een verpleegkundige bijvoorbeeld lasertherapie toepassen of niet?

Hoe lost de JAG zulke vragen op?

Geert Watteyn: De JAG is samengesteld door verpleegkundigen en vroedvrouwen, die allemaal een opleiding in juridische aspecten van verpleegkunde/vroedkunde gevolgd hebben, aangevuld met enkele advocaten. Bij de vraag over lasertherapie gaan we eerst zien of deze techniek al opgenomen is in de lijst van de verpleegkundige handelingen, en of er precieze modaliteiten voor zijn. Is dit een nieuwe techniek die nog niet opgenomen is, dan formuleren we  mogelijk een voorstel hierover naar de Technische Commissie voor Verpleegkunde  van  het RIZIV. Een lid van onze JAG is overigens voorzitter van die Commissie. Het komt ook veel voor dat we bij bepaalde kwesties kijken naar wat de wet  precies zegt over privacy, patiëntenrechten, beroepsgeheim of schuldig verzuim. We willen verpleegkundigen helpen wanneer er zich problemen hebben voorgedaan, maar we willen hen ook aansporen zich tijdig in te dekken tegen een mogelijke klacht door hen tips te geven. Een voorbeeld: wanneer je ’s nachts een arts moet consulteren om een bepaald medicament te geven, noteer je best meteen in het patiëntendossier welke arts je consulteerde, wanneer juist, met welke hulpvraag en wat het antwoord was. Je kan de medicatie en dosis best onmiddellijk neerschrijven terwijl je belt, en nog even herhalen aan de arts. Bepaalde middelen houden weinig risico in, maar andere geneesmiddelen kunnen zware gevolgen hebben voor de patiënt. Indien er zich nadien problemen stellen en er een klacht volgt, kan je terugvallen op de notities in het patiëntendossier.

Zijn er veel situaties waarin het onduidelijk is wat een verpleegkundige wel of niet mag doen?

Geert Watteyn: Dat komt geregeld voor. Een verpleegkundige assisteert bijvoorbeeld  bij een ingreep waarbij ketamine wordt gebruikt als analgesie. De arts voert de ingreep uit maar er gaat iets mis en de patiënt legt klacht neer. Er volgt een onderzoek en de verpleegkundige wordt aangeklaagd wegens onwettige uitoefening van de anesthesie. Die medische handeling heeft zij uitgevoerd in opdracht van de arts en onder zijn toezicht, dus is de arts hier aansprakelijk. We onderzochten de zaak en formuleerden een gefundeerde uitspraak over de aansprakelijkheid. Wat we niet zullen doen, is bemiddelen tussen de verpleegkundige en de patiënt. De ombudsdienst van een ziekenhuis kan in sommige situaties wel bemiddelen. Een ander voorbeeld: een thuisverpleegkundige krijgt rugproblemen door de verzorging van een zwaarlijvige patiënt die hulpmiddelen zoals een tillift weigert. Mag hij of zij de verdere verzorging van deze patiënt weigeren? Wij hebben haar geantwoord dat dat inderdaad mag, maar enkel na duidelijke communicatie hierover met de patiënt. De continuïteit van de zorgen moet ook verzekerd blijven.

De JAG formuleert een standpunt op vraag van een verpleegkundige. Doen jullie dat ook op vraag van een patiënt of van het gerecht?

Geert Watteyn: Een rechter kan een gerechtsdeskundige aanstellen. Daarbij wordt de opdracht duidelijk omschreven. De bedoeling is om duidelijkheid te brengen en een antwoord te geven op vragen waar de rechter onvoldoende kennis over heeft.  Anderzijds kan ook de patiënt of de verpleegkundige een expert contacteren met de vraag om een expertise te doen. De JAG streeft ernaar om zaken waarin verpleegkundigen betrokken zijn, ook door verpleegkundig experten te laten behandelen, en niet door artsen.

Is dat geen spanningsveld, zowel de verpleegkundige als de patiënt helpen?

Geert Watteyn: Dat gebeurt nooit in hetzelfde dossier, maar een patiënt heeft evengoed recht op expertise. Het JAG is er overigens niet alleen om verpleegkundigen te verdedigen,  maar ook de patiënt. Wij willen ervoor zorgen dat alles volgens de wet verloopt. Soms is onze boodschap aan een verpleegkundige: ‘Wat je hier doet, is onwettig’.

Je hebt zowat tien jaar ervaring in de JAG. Zie je een evolutie in de kwesties die aan bod komen?

Geert Watteyn: De laatste tijd krijgen we veel vragen over aansprakelijkheid. Dat is een grote bezorgdheid van verpleegkundigen, zowel in thuissituaties als in zorginstellingen. Mag je als thuisverpleegkundige bijvoorbeeld mantelzorgers insuline leren inspuiten? Ja, dat mag, maar de mantelzorgers mogen dat maar beperkt uitvoeren voor ‘hun’ patiënt en mits een attest. Wat als er in een ziekenhuiscontext iets fout loopt, zal je dan als verpleegkundige aansprakelijk gesteld worden, of is de arts aansprakelijk? Het antwoord hierop is eenvoudig: beiden zijn verantwoordelijk voor wat ze gedaan of niet gedaan hebben. Het is belangrijk dat verpleegkundigen zich realiseren dat een BA-verzekering via het ziekenhuis onvoldoende kan zijn om zichzelf in te dekken wanneer er een fout wordt gemaakt. Net hiervoor heeft het NVKVV reeds jaren geleden de eerste verzekeringspolis ontworpen om verpleegkundigen te beschermen.

Een tweede evolutie, zijn de toenemende vragen over nieuwe technieken die nog niet zijn opgenomen in de lijst van verpleegkundige handelingen. Het werkveld is in voortdurende verandering en dat zien we ook weerspiegeld in de vragen die we op ons bord krijgen.

Stel je vraag aan het NVKVV

Heb je nood aan juridisch advies? Heb je een specifieke vraag over je arbeidscontract, over je aansprakelijkheid bij het uitvoeren van een verpleegkundige handeling of dergelijke meer, dan kan je die stellen aan Sara Vandervelde via s.vandervelde@nvkvv.be en 02 737 97 81 of 0476 05 46 32. Een gratis service voor leden.

BA-verzekering met rechtsbijstand voor verpleegkundigen

Om je tijdens het uitoefenen van je beroep maximaal te beveiligen, heeft het NVKVV een unieke burgerlijke aansprakelijkheidspolis met rechtsbijstand voor leden uitgewerkt.

Meer informatie: www.nvkvv.be

Opleiding juridische aspecten verpleegkunde/vroedkunde: iets voor jou?

Wie zich graag wil verdiepen in juridische aspecten en zich wil bekwamen als verpleegkundig/vroedkundig expert kan bij het NVKVV hiervoor een opleiding volgen. ‘Er komt wel een dosis wetgeving bij kijken, maar er wordt veel gewerkt met concrete cases. Deelnemers worden ook uitgenodigd om cases uit hun eigen praktijk in te brengen,’ aldus Sara Vandervelde, stafmedewerkster bij het NVKVV.

Voor wie? De opleiding staat open voor verpleegkundigen en vroedvrouwen met minimum 5 jaar ervaring.

Wat? Diverse thema’s worden uitgediept, van aansprakelijkheid tot wetgeving over bijvoorbeeld euthanasie, palliatieve zorg en het beroepsgeheim.

Hoe lang? De opleiding duurt vijf dagen, gespreid over enkele maanden

Meer informatie: www.nvkvv.be/Navorming

Literatuur

  • NVKVV Juridische Adviesgroep. Recht in mijn schoenen: praktijkhandboek voor verpleegkunde. De Boeck, 2016.
  • Haegeman, L. en Van Cauter, K. Ben ik aansprakelijk? Gids voor verpleegkundigen, zorgkundigen en vroedvrouwen. De Boeck, 2017.

Author: Ria Goris